
Een voedzaam en kruidig wokgerecht met verse groenten, sappige gehaktballetjes en zachte kokosrijst. Hartig, romig en vol groente.
Ingredienten
375 g mager rundergehakt
1 paksoi (Chinese kool)
250 g winterpeen
3 uien
6 champignons
3 teentjes knoflook
100-125 g basmatirijst (ongekookt)
2 el kokosolie
Kruiden en smaakmakers
1 tl komijn (gemalen)
1 tl laos (gemalen)
1 tl gember (gemalen)
1 tl paprikapoeder
1 tl kerriepoeder
1 tl koriander (gemalen)
6 el kokosmelk (6%)
6 el sojasaus*
(Keltisch) zeezout en peper naar smaak
*Goede sojasaus koop je o.a. bij Naoberhoeve in Echten of van topkwaliteit bij Tomasu.
Bereiding
1. Gehakt kruiden
Meng het gehakt met een halve theelepel van elk van de volgende kruiden: komijn, laos, gember, paprika, kerrie en koriander. Voeg ook wat peper en (zee)zout toe. Draai er kleine balletjes van en zet ze even weg.
2. Rijst koken
Spoel de rijst goed. Kook in 2 keer zoveel water (bijv. 250 ml op 125 g rijst), samen met 6 el kokosmelk en ½ tl zeezout. Laat op laag vuur in 10-12 minuten gaar koken met deksel op de pan. Is al het water opgenomen? Vuur uit, even doorroeren en laten rusten.
3. Wokken – eerste stap
Snijd champignons, uien en knoflook fijn. Verhit de kokosolie in een grote wok. Bak de champignons, ui en knoflook 1 minuut. Voeg de gehaktballetjes toe en bak ze nog 2 minuten mee.
4. Groenten erbij
Snijd de winterpeen in kleine blokjes. Snijd de paksoi: het witte gedeelte fijner dan het groene. Voeg de winterpeen en het witte deel van de paksoi toe aan de wok. Breng op smaak met de andere helft van de kruiden, 6 el sojasaus, zout en peper.
5. Afmaken
Voeg nu het groene gedeelte van de paksoi toe. Roer goed door tot alles gaar en mooi gemengd is.
6. Serveren
Schep de rijst naast of onder de wokgroenten.
Eet smakelijk!